Hendrik de Vries, geïnspireerd door Goya en Spaanse zigeunerinnen

























Achter mijn teekeningen zoeke men geen literaire bedoelingen. Nooit is een tekening of schilderij illustratief of symbolisch. (Hendrik de Vries)

Als beeldend kunstenaar was de dichter Hendrik de Vries autodidact. Zijn werkwijze ging dan ook nooit uit van een vooropgezet plan. De meeste tekeningen ontstonden in perioden van plotselinge inspiratie. Dan maakte hij korte tijd zo'n veertig, vijftig tekeningen.

Hendrik de Vries werd in september 1929 lid van de bekende Groninger kunstenaarsvereniging 'De Ploeg'. Hij schreef ook een aantal inleidingen bij groepstentoonstellingen. Maar als schilder en tekenaar was hij een eenling. De andere kunstenaars van 'De Ploeg' gingen voor hun schilderijen meer uit van (een abstractie van) de werkelijkheid, maar Hendrik de Vries ging vooral zijn fantasie en zijn herinneringen. Zijn beeldende werk ligt daarom in het verlengde van zijn literaire werk. De Vries haalde vaak zijn inspiratie uit een droomwereld vol geheimen.

In de periode van 1924 tot aan het begin van de Spaanse Burgeroorlog reisde Hendrik de Vries ieder jaar in zijn vakantie naar Spanje. Daar wandelde hij door het land en kwam zo in aanraking met de Spaanse cultuur. Hij werd vooral geïnspireerd door de Spaanse muziek, zowel in zijn dichtkunst als in zijn tekenkunst. Hij kreeg in Spanje vaak contact met rondreizende zigeuners en hun liederen fascineerden hem. Eenmaal thuis tekende hij ook graag de zigeunerinnen, die hij had zien dansen op de flamencomuziek. Daarbij werkte steeds hij uit de herinnering. Op dezelfde wijze tekende hij Spaanse landschappen en scenes, die veel weg hebben van de 'donkere' etsen van de Spaanse kunstenaar >>Goya.


(Afbeelding: Hendrik de Vries, Spaanse danseres, z.j., Oost-Indische inkt/papier, Eigendom van Stichting De Ploeg)